zaterdag 8 maart 2008

Woensdag 8/8: Cizor Menor - Los Arcos (66/148km)




Vandaag gingen we richting Pete’s en Mirs tweede heimat: Los Arcos. Sinds enkele jaren runnen ze er gedurende twee weken de refugio van het Vlaamse Genootschap van Compostela. Vol overgave ontfermen ze er zich dagelijks over een 70-tal vermoeide pelgrims. In deze taak worden ze bijgestaan door Gerardo, Xavier en Carlos. Gerardo is de voorzitter van het plaatselijke genootschap van Compostela en tevens de verantwoordelijke van de refugio. Xavier is zijn assistent en mogelijke opvolger en Carlos is de massagista van de refugio.

Onder een stralend zonnetje vertrokken we richting Eunate, waar we aan de Ermita de Eunate met Mir herenigd zouden worden. De achthoekige kapel uit de 12de eeuw ligt in the middle of nowhere en is enkel omgeven door velden. We namen de nodige foto’s waarna we onze weg vervolgden naar Los Arcos. Onderweg pauzeerden we nog even in het stemmige Puenta la Reina, een dorpje genoemd naar haar brug, “de brug van de koningin”. Na het bemachtigen van een stempel en het nuttigen van een drankje, verlieten we het dorpje over de mooie middeleeuwse boogbrug.

Tegen de middag arriveerden we aan het klooster van Irache, vooral bekend om zijn bodega. Deze is vlakbij het pelgrimspad gebouwd en ter compensatie kan men aan de zijkant van de fabriek gratis wijn en/of water tappen uit 2 kraantjes. Deze gelegenheid konden we natuurlijk niet laten voorbijgaan en al snel waren een paar drinkbussen gevuld met wijn. De wijn werd onmiddellijk getest tijdens de door Mir georganiseerde picknick. Hij beviel goed, in tegenstelling tot Mirs yoghurt die kennis maakte met de Spaanse bodem.

Bij het verlaten van het klooster brak de ketting van Dorien. Gelukkig was het enkel het slotje dat los gekomen was en enkele tellen later zaten we al terug op onze zadels. Onderweg maakten we kennis met enkele landgenoten uit de Oostkantons. Een van hen vroeg ons wat we van de verkiezingen in België vonden en of we op de CD&V gestemd hadden. Het sein om ons uit de voeten te maken. Nu, 7 maanden later is er trouwens nog steeds geen echte regering in België.

Los Arcos werd snel bereikt. We reden via het centrum naar de refugio. Bij onze aankomst zag Mir ons bijna niet staan, zo druk was ze bezig met het verder helpen van pelgrims. Het was alsof ze er nooit was weggeweest. De 4-persoonskamer, die Pete daags voordien telefonisch gereserveerd had, bleek door de drukte niet meer ter beschikking te zijn. Dit was echter geen probleem en we stelden de tent op in de achtertuin. De matrassen werden hard opgeblazen, de vuile was werd gedaan en na een hartelijke ontmoeting met Xavier en Gerardo vertrokken we naar het centrum. We kregen er een korte, maar krachtige rondleiding van Pete en Mir.

Omdat hij een zere rug had, had Pete een massage gereserveerd in de refugio. Hij werd stevig onder handen genomen door Carlos met een wonderbaarlijke genezing tot gevolg. Met een herboren Pete begaven we ons naar een restaurantje net buiten het centrum. De zalm was er buitengewoon lekker, maar lang nagenieten zat er niet in. We haastten ons naar de kerk waar de viering al volop bezig was. In de overvolle Santa Mariakerk raakten we niet alleen onder de indruk van alle pracht en praal, maar vooral van de mooie gezangen. Een aanrader voor alle pelgrims.

Na de viering namen Pete en Mir, met de belofte dat ze volgend jaar terugkwamen, afscheid van Gerardo en Xavier. Bij onze terugkeer in de refugio, kregen we van de toenmalige hospitalleros, Frans en René, een slaapmutsje aangeboden. Nog nagenietend van de Vlaamse en Spaanse gastvrijheid in Los Arcos, zochten we onze tent op voor een “zalige nachtrust”.

Geen opmerkingen: